Binnenkort kan iedereen op zoek in het grootste oorlogsarchief Nederland. Dan worden waarschijnlijk de oorlogsarchieven van het Centraal Archief Bijzondere Rechtspleging (CABR) online gezet. Er is momenteel veel kritiek over het openbaar maken van deze archieven, die ook een nieuw licht gaan werpen op de Tweede Wereldoorlog en de naoorlogse periode van Weert.
De oorlog en de nasleep daarvan is nog steeds een gevoelig thema voor veel Weerter families. Dat bleek in 2012 toen drs. Emile Haanen (1947-2014) “Bezetting en bevrijding: Weert 1939 – 1945 De kroniek van Pierre Linssen” uitgaf.
De Aldenborgh pleit al jaren bij het gemeentebestuur van Weert voor een wetenschappelijke studie naar de Tweede Wereldoorlog in Weert, waarbij de rol van het toenmalig bestuur ook nader onderzocht dient te worden.
De binnenkort toegankelijke oorlogsarchieven bieden een unieke mogelijkheid om deze periode nader te onderzoeken, maar openheid brengt ook risico’s met zich mee. De openbaarmaking kan namelijk leiden tot het boven water komen van tot nu toe onbekende ‘geheimen’ en twijfelachtige getuigenissen, en mogelijk leiden tot reputatieschade voor betrokkenen.
Direct na de oorlog waren de veelheid aan dossiers en het gebrek aan onderzoekers de reden, waardoor dossiers soms kort door de bocht werden beoordeeld. In veel gevallen werd er met tegenstrijdige verklaringen en magere bewijsvoering gewerkt, wat de archieven niet altijd een betrouwbare weergave van de werkelijkheid maakt.
Tijdens de bijeenkomst zal worden ingegaan op de mogelijk misleidende impact van sommige informatie en de gevaren van (te) snel getrokken conclusies. Dit thema raakt niet alleen de geschiedenis van Weert, maar heeft ook betekenis voor veel families die de herinnering aan gebeurtenissen uit deze periode nog steeds met zich meedragen. Dat is natuurlijk de actuele kern van de problematiek van de openbaarmaking en reden voor De Aldenborgh deze avond te organiseren. Het verhaal van SS’ers zal centraal staan ter illustratie van de relatief grote groep die onderworpen is aan de bijzondere rechtspleging.
We zijn bijzonder verheugd dat Timmie van Diepen, historicus en journalist bij Het Belang van Limburg, op deze avond in gesprek wil gaan met Evertjan van Roekel.
Evertjan van Roekel
Historicus en jurist Evertjan van Roekel (Wageningen, Nederland, 9 juni 1984) richt zich als onderzoeker en auteur voornamelijk op de Tweede Wereldoorlog als onderzoeksgebied. Hij studeerde Nederlands Recht (Met Genoegen, Universiteit Utrecht, 2008) en Geschiedenis, Holocaust- en Genocidestudies (Cum Laude, Universiteit van Amsterdam, 2009).
In 2010 werd zijn masterscriptie over Nederlandse vrijwilligers in de Waffen-SS genomineerd voor de Erik Hazelhoff Roelfzema Aanmoedigingsprijs. Op basis van deze scriptie verscheen in 2011 zijn eerste boek ‘Jongens van Nederland’.
Evertjan van Roekel publiceerde diverse artikelen in verschillende geschiedenistijdschriften waaronder Historisch Nieuwsblad, Geschiedenis Magazine, Biografie Bulletin en Wereld in Oorlog. Voor Wereld in Oorlog was hij ook drie jaar columnist (2011-2014). Van Roekel schreef het hoofdstuk over Nederland in het door David Stahel samengestelde en geredigeerde verzamelwerk ‘Joining Hitler’s Crusade: European Nations and the Invasion of the Soviet Union, 1941′, uitgegeven in 2017. Zijn omvangrijke en goed ontvangen werk ‘Veldgrauw’ over Nederlandse Waffen-SS-vrijwilligers verscheen in 2019. De Engelstalige versie ‘As Political Soldiers We Face Moscow’s hordes’ verscheen in 2021.
Sinds februari 2022 is Van Roekel tevens als onderzoeker verbonden aan Nationaal Monument Kamp Amersfoort. Hij werkte als deskundige mee aan de succesvolle podcastserie ‘De Verdwenen SS’er’ die meer dan anderhalf miljoen keer werd beluisterd.
In 2023 verscheen zijn boek ‘Wewelsburg’ over de mysterieuze geschiedenis van Kasteel Wewelsburg en de occulte kant van de SS. In 2024 verscheen ‘De Rode Pimpernel: Kees Mulder’ over het leven van verzetsstrijder Kees Mulder tegen de achtergrond van oorlog en verzet in Van Roekels woonplaats Wageningen, de stad die meermaals frontgebied was en zwaar beschadigd raakte, maar voor Nederland hét symbool van de bevrijding werd.
Van Roekel werkt op dit moment aan twee nieuwe onderzoeksprojecten voor Nationaal Monument Kamp Amersfoort die met name zijn gericht op Nederlandse (Waffen-)SS-vrijwilligers, de bijzondere rechtspleging en naoorlogse interneringskampen.
Gespreksonderwerpen van deze avond zijn:
-
Nederlandse Oostfrontvrijwilligers in het algemeen
Zowel in absolute als relatieve aantallen vormden Nederlanders het grootste contingent vrijwilligers uit de Noordwest-Europese bezette gebieden. Hoe is deze vrij sterke collaboratie te verklaren? Hoe verhoudt dit zich tot andere landen waaronder België?
-
Herkomst van Nederlandse Waffen-SS vrijwilligers
De mythe dat vooral katholieke plattelandsjongen voor de SS tekenden, blijkt niet waar te zijn. De herkomst van deze SS-ers is vrij gelijkmatig verdeeld over Nederland. Qua sociale klassen lijkt de lagere middenklasse oververtegenwoordigd. In absolute aantallen zijn Limburg en Brabant minder vertegenwoordigd. Dat is deels te verklaren door de situatie dat deze gebieden eerder bevrijd waren en er in het noorden in de winter van 44-45 zich nog veel ‘Broodgermanen’ aanmeldden, veelal gedreven door materiële motieven. Echter voor september 1944 lijkt er in Limburg ook minder animo geweest te zijn voor de Waffen-SS dan met name in de Randstad. Hoe is dit te verklaren?
-
Frontinzet van Nederlandse Oostfronters en oorlogsmisdaden
Waar raakten deze Oostfronters in betrokken? Tijdens de Bijzondere Rechtspleging was hier eigenlijk nauwelijks aandacht voor.
-
Daderschap in het algemeen
Hoe kijken we daar tegenaan? Wat is er qua nuancering veranderd in de laatste jaren? Zwart-wit tegenover grijs. Nivellering daders/slachtoffers?
-
De Bijzondere Rechtspleging
Wat hield die in? Hoe werd er omgegaan met de grote aantallen (vermeende) collaborateurs en hoe zag berechting eruit? Hoe veranderde de strafmaat naarmate de tijd vorderde en de wraakgevoelens bekoelden? Het werd al snel opportunistisch. Een voorbeeld daarvan zijn de mijnen in Limburg. Veel oud-SS’ers kregen de kans om hier te gaan werken en zich zodoende nuttig te maken. Met name in Hoensbroek kwamen nogal wat SS’ers terecht. Men richtte zich op het werk en het verleden werd daar vaak vrij snel vergeten.
-
Hoe verhield de Bijzondere Rechtspleging in Nederland zich tot de naoorlogse situatie in België?
België was de naoorlogse afrekening wellicht iets bloediger dan in Nederland.
Bron: Dagboek van Weert, door P. Linssen, 1939 – 1944
Foto’s boek Twan Scheepers (sr.) De Tweede Wereldoorlog die niet aan het gehucht Moesel voorbijging
-
Aanstaande openbaarheid CABR
Wat treffen we doorgaans aan in dergelijke dossiers? Waarom is openbaarmaking nu precies zo beladen? Discussie over de keuze tot openbaarmaking in het algemeen. Is het nodig? Moest er misschien langer worden gewacht?
-
Enkele filmbeelden van cineast Peter Crins
Tijdens de avond worden enkele fragmenten van interviews met ooggetuigen zoals Fien Slabbers-Stribos, Jan Frenken, Thieu Jonckers en Twan Schoenmakers, getoond van de aanpak van collaborateurs.
‘Dao kân oeëver zoeën gevâl neme zegke, ze hebbe dit of det verkieërdj gedaon.
In feite hebbe ze ’t verkieërdj gedaon, mer ge mótj uch ouch aafvraoge:
woeërum, waat és de oeërzaak, en wi-j kaome ze daotów?’
Fien Slabbers-Stribos (1914-2019)
Wij hopen u op deze speciale bijeenkomst te mogen begroeten!
Praktische informatie
wat: | lezing Oorlogsdossiers; zwart-wit tegenover grijs |
wie: | Timmie van Diepen in gesprek met Evertjan van Roekel |
waar: | maandagavond 16 december 2024 |
aanvang: | 19.30 uur |
waar: | Munttheater Weert, Collegeplein 3 6001 HN Weert |
deelname: | gratis voor LGOG-leden, vrienden van de Aldenborgh en Weerterlogen.
Voor anderen rekenen we op een vrijwillige bijdrage. Aanmelden is niet nodig. |