In 2025 bestaat de Stichting Geschiedschrijving Nederweert 40 jaar. Dat wordt gevierd met de verschijning van het tiende boek in de serie Nederweerts Verleden! Dat draagt als titel: “DE OSPELSE LOCHT. Wel en wee rond de verdwenen poort van Nederweert”.

Presentatie boek DE OSPELSE LOCHT. Groepsfoto in stadspark Weert.
Lochtstraat
Hebt u zich ooit afgevraagd waar de straatnaam Lochtstraat in Ospel vandaag komt? Dat is een spannend verhaal. Ooit werden Ospel en Nederweert aan de oostgrens beschermd tegen roversbenden en militaire legers door een kilometerslange hoge wal en brede gracht. Een landweer noemde men zoiets. Precies aan het eind van de Meijelsedijk, op de kop van de Lochtstraat, stond een poort. Die gaf niet alleen toegang tot Ospel, maar indirect ook tot Nederweert en zelfs Weert. En weet je wat het oude Nederweerter woord voor poort is? Inderdaad: locht! Een woord dat verwant is aan het Engelse ‘to lock’ (vergrendelen).

Boekpresentatie DE OSPELSE LOCHT.
Sleutel
Wie de locht van Ospel beheerste, had de sleutel van Nederweert in handen. Dan was er sprake van een ‘lock down’ als het ware. Dat was al zo in de 80-jarige Oorlog toen Nederweert te lijden had van de Spaanse guerrilla. Op de Lochtstraat werd in 1599 zwaar gevochten tussen soldaten en boeren. Het herhaalde zich nog een keer bij de bevrijding in 1944 toen terugtrekkende Duitse legertroepen van de locht een met landmijnen zwaarbeveiligde doorgang maakten.
Pioniers
Vlak bij de locht, op de grens van de onafzienbare heide van Ospeldijk, werd in 1776 door landbouwpioniers een kleine boerderij gesticht. Een hoeve die in de loop van de eeuwen verschillende namen zou dragen, zoals bijvoorbeeld Hoeve Vogelzang. Honderd jaar geleden stond de hoeve beter bekend als Bi-j Kets Maantje en sinds 2025 staat hier het wooncomplex De Peelwachter.
Lief en leed

Boekpresentatie DE OSPELSE LOCHT.
Gracht, wal en poort van de Lochtstraat zijn al eeuwen verdwenen. Maar archieven in binnen- en buitenland en plaatselijke overleveringen vertellen het verhaal van de Ospelse Locht. Een verhaal over boeren en burgers, pioniers en ondernemers, oorlog en vrede, lief en leed, emigratie en immigratie. Een kleine regio waar de lokale gebeurtenissen op wonderbaarlijke wijze samenkomen met de ontwikkelingen op het grote wereldtoneel. Met thema’s als economische vluchtelingen, boerenguerrilla en het vernietigende bevrijdingsfront uit de Tweede Wereldoorlog. Met ook verrassende historische uitstapjes naar Weert, Brussel en de Haarlemse duinenstreek.
Prachtig boek
Dat alles valt nu te lezen in een prachtig nieuw boek in de serie Nederweerts Verleden. ‘De Ospelse Locht. Wel en wee rond de verdwenen poort van Nederweert’ is de titel. Het boek is veel meer dan de geschiedenis van zo maar een Ospelse straat. Het vertelt de pas recent ontdekte en nog nooit eerder gepubliceerde geschiedenis van Nederweert. Dat verhaal met de 80-jarige Oorlog en de moord van Spaanse soldaten door Nederweerter boeren. Dat was dan ook de reden dat het eerste exemplaar van het boek werd uitgereikt aan Joaquín Durán Garach, culturereel attaché van de Spaanse ambassade in Den Haag en anderen die actief zijn in de Spaans-Nederlandse betrekkingen. Zoals bijvoorbeeld Jan Joosten, president van Circulo Cervantes uit Maastricht.
Spaanse kelk
De ontvangst vond plaats in de prachtige binnenhof van kasteel Nijenborgh in Weert en werd ook bijgewoond door vertegenwoordigers van erfgoedorganisaties uit Nederweert en Weert. Ook het bestuur van De Aldenborgh was vertegenwoordigd. Deken Jack Honings van de St. Martinuskerk leidde het gezelschap rond in ‘zijn’ kerk. In een Dan Brown-achtige sfeer werd daar de beroemde zilveren ‘Spaanse kelk’ uit 1601 getoond. Ooit een geschenk van de Spaanse soldaten omdat ze vanwege de strubbelingen in o.a. Nederweert heel wat goed te maken hadden.
Technische gegevens: Hardcover, gebonden, 136 pagina’s, rijk-geïllustreerd, full colour, afmetingen 24 x 24 cm. Prijs: slechts € 19,50 (excl. verzendkosten).
Bestel nu!
Het boek is te bestellen via de website Shop24 en te koop bij BRUNA Nederweert, Lambertushof.
Foto’s: Sandra Kessels, Ospel.