In het verhaal Een schout in de fout, dat elders op deze site is gepubliceerd, heb ik de veroordeling van een drietal overheidsfunctionarissen beschreven wegens ambtelijke corruptie en knevelarij, gepleegd in het begin van de 19de eeuw in Nederweert.[i] Een van hen was Nicolas Wilkin, voorheen commies te paard tweede klasse van de in – en uitvoerrechten met als standplaats Weert. Andere veroordeelden waren Joseph Nicodeme, voormalig ontvanger van de in- en uitvoerrechten, en Jean Trouwen, gewezen schout van de gemeente Nederweert.
In dit verhaal ga ik in op de familie Wilkin en in het bijzonder op een van de dochters van Nicolas Wilkin en haar echtgenoten.
__________________________________________________________________________________________________
Dat Nicolas Wilkin, een Luikenaar, in 1815 bij de belastingdienst in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden in Weert is gestationeerd, is niet zo vreemd. Voor de inlijving van Nederland en België in Frankrijk waren belastingen en heffingen veelal een lokale of regionale aangelegenheid. Deze belastingen en heffingen bestonden deels uit tienden en aan de heer of de gemeente toekomende rechten, zoals het gruitrecht voor bierbrouwers en het recht om turf te steken op woeste gronden en deels uit accijnzen. De inning werd vaak verpacht aan belastinggaarders.[ii]
In de Franse tijd werden belastingen op nationaal niveau ingevoerd. Dat stelsel werd in het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, bestaande uit het huidige Nederland en België, gehandhaafd. Het stelsel bestond onder meer uit invoerrechten en accijnzen. Voor het heffen en innen van de belastingen kwam er een centrale ambtelijke organisatie. Ambtenaren daarvoor werden uit het hele koninkrijk gerecruteerd. Dat Wilkin Franstalig was, was nauwelijks een probleem. Tijdens de Franse periode was Frans immers de taal van het bestuur en de ambtenarij geweest.
____________________________________________________________________________________________________
Wie is Jacques Antoine Nicolas Wilkin?[iii]

Weergave op Ferrariskaart (1771-1778) van de wijk Outremeuse en het bisschoppelijk paleis.
Jacques Antoine Nicolas Wilkin is geboren in de parochie Saint Nicolas in de wijk Outremeuse van de stad Luik, Prinsbisdom Luik, op 4 april 1774. Nicolas Wilkin is op 22 oktober 1799 te Luik, Franse republiek, getrouwd met de 19-jarige Marie Lambertine Josephine Lefebvre. Zij is op 24 december 1779 gedoopt in de parochiekerk Saint Jean-Baptist in de stad Luik, Prinsbisdom Luik, en overleden op 29 oktober 1855 in Luik, koninkrijk België. Als beroep van Nicolas Wilkin is bij zijn huwelijk koerier bij het registratiekantoor vermeld.
Het echtpaar Wilkin-Lefebvre heeft, voor zover mij bekend, in Luik zes kinderen gekregen:
- Thérèse Henriette, geboren op 14 juli 1800[iv]
- Rémi Joseph, geboren 13 januari 1802
- Pierre Nicolas, geboren 7 januari 1804[v]
- Anne Florence, geboren 20 september 1805
- Marie Lambertine, geboren op 12 mei 1808[vi]
- Eugénie, geboren op 13 januari 1814
De familie Wilkin in Weert
Na de geboorte van Eugénie is het echtpaar Wilkin-Levebvre rond 1815 naar Weert verhuisd in verband met de functie van Nicolas Wilkin bij de belastingdienst. In Weert woonde de familie Wilkin in de Schoolstraat, tussen de Korenmarkt en de Oelemarkt.
In Weert kreeg het echtpaar nog een dochter. Op 14 november 1816 toonde Jacques Antoine Nicolas Wilkin aan Jean Nien, adjoint au maire, belast met de akten van de burgerlijke stand van Weert, een kind van het vrouwelijk geslacht, geboren op 12 november 1816.[vii]

Slot van de geboorteakte van Hortance Wilkin.
Hij gaf aan het meisje de voornaam Hortance. Als beroep van Jacques Antoine Nicolas Wilkin is ambtenaar te paard van de indirecte belastingen vermeld. Als getuigen bij de geboorteaangifte waren aanwezig Jean Janssen, 44 jaar, zadelmaker, en Jean Jacques Gielis, 24 jaar, leerlooier, beide wonende in Weert, in de stad.[viii] De geboorteakte is in het Frans.

Geboorteakte Antonius Deodatus Wilkin.
Op 5 januari 1823 heeft het echtpaar Wilkin-Lefebvre in Weert een zoon gekregen, aan wie de voornamen Antonius Deodatus werden gegeven. De aangifte van de geboorte werd gedaan door Jozef Wilkin, de oudste zoon van het echtpaar Wilkin-Lefebvre. Als beroep van Jozef Wilkin, is in de geboorteakte kousenmaker vermeld.[ix] Hij woonde in het Morgat te Weert.[x] Getuigen waren Johan Janssen, 50 jaar, zadelmaker, en Jacob Kupers, 77 jaar, dagloner, beide woonachtig in Weert.
Vader Niklaas Wilkin was niet bij de geboorteaangifte van zijn jongste zoon aanwezig. Mogelijk zat hij toen in voorlopige hechtenis, verdacht van verduistering en omkoping.[xi]. In de geboorteakte staat dat Niklaas Wilkin zonder beroep was. De geboorteakte is in het Nederlands.
Het gezin van het echtpaar Wilkin-Lefebvre is na de veroordeling van Nicolas Wilkin teruggegaan naar Luik. Dochter Thérèse Henriëtte is echter in Weert gebleven. In het nieuwe koninkrijk België is Nicolas Wilkin bij de Belgische douane gaan werken.[xii].
_____________________________________________________________________
In L` Indépendance Belge van 19 januari 1837 verscheen (vertaald) het volgende bericht:
“De douanebeambten Wilkin en Michiels, van de post te Sauvenière bij Spa, hebben in de nacht van 12 op 13 januari een bende van ongeveer vijf smokkelaars aangevallen. Zij hebben zich meester gemaakt van twee balen met een geschatte waarde van 300 francs. Drie smokkelaars zijn gearresteerd geworden door Wilkin en ter beschikking van de autoriteiten gesteld.“
Of de hier vermelde Wilkin onze Jean Nicolas Antoine Wilkin is, is niet zeker, maar wel mogelijk.
_______________________________________________________________________

Overlijdensakte Nicolas Wilkin. Bron: Archives de la ville de Liége.
Jean Nicolas Antoine Wilkin is op 73-jarige leeftijd op 28 december 1847 te Luik overleden. Hij woonde toen in de voorstad Saint Gilles. Als zijn beroep is in de overlijdensakte douane-employé vermeld. De overlijdensaangifte is gedaan door zijn schoonbroer Lambert Hubert Joseph Lefebvre.
Thérèse Henriëtte Wilkin
Thérèse Henriëtte Wilkin is niet met haar familie teruggekeerd naar Luik. Zij was op 22 juli 1818, net 18 jaar, te Weert getrouwd met Jean Michel Antoine Janssens. De bruidegom was meerderjarig maar had voor het huwelijk toch de toestemming nodig van zijn ouders.[xiii] Deze ouders, Jean Eustache Janssens, docteur en médecine, en Marie Marguerite Truijens, gaven blijkens de huwelijksakte die toestemming.

Slot huwelijksakte Jean Michel Antoine Janssens en Thérèse Henriëtte Wilkin.
De bruid was minderjarig en had voor het huwelijk ook toestemming nodig van haar ouders. In de huwelijksakte staat niet met zoveel woorden dat haar ouders die toestemming gaven. Er staat dat haar ouders, Jean Nicolas Antoine Wilkin en Marie Lambertine Josephine Lefebvre, de ambtenaar van de burgerlijke stand verzochten verder te gaan met de huwelijksplechtigheid. Aan de huwelijksakte werd een certificaat van de gouverneur van de provincie Limburg gehecht dat de bruidegom niet was opgeroepen voor de Nationale Militie. Als beroep van Jean Michel Antoine Janssens is in de huwelijksakte kousenfabrikant vermeld. De huwelijksakte is in het Frans.
Uit de bewoordingen in de huwelijksakte zou opgemaakt kunnen worden dat de ouders van Thérèse Henriëtte niet erg ingenomen waren met het huwelijk van hun net 18-jarige dochter. Reden daarvoor kan geweest zijn dat Thérèse Henriëtte op de huwelijksdatum al zo`n zes maanden zwanger was, naar we mogen aannemen van Jean Michel Antoine Janssens.

Geboorteakte Marie Josephine Ode Gertrude Janssens.
Op 24 oktober 1818 werd in Weert Marie Josephine Ode Gertrude Janssens geboren, dochter van Jean Michel Antoine Janssens en Thérèse Henriëtte Wilkin. Het echtpaar woonde in de “moolstraat”.[xiv] Volgens de Franstalige geboorteakte was Jean Michel Antoine Janssens kousenfabrikant.
Helaas heeft de boreling slechts kort geleefd. Op 8 januari 1819 werd aangifte gedaan van het overlijden van Marie Josephine Ode Gertrude Janssens. Voor zover mij bekend, is het echtpaar Janssens-Wilkin verder kinderloos gebleven.
Jan Michiel Antoon Janssens
Jan Michiel Antoon Janssens is op 18 mei 1797 geboren en op dezelfde dag gedoopt te Weert. De doopakte is in het Latijn.
Hij is een zoon van Joannes Eustachius Janssen, “doctor medicinae” en Maria Maragareta Truijens. Deze Joannes Eustachius Janssens heeft tijdens de inlijving van Weert bij Frankrijk een belangrijke rol gespeeld.
Hij heeft gepoogd het kerkelijk leven in Weert enigszins in stand te houden nadat de priesters door het Franse gezag tot deportatie waren veroordeeld en hun heil hadden gezocht in de Bataafsche Republiek. Een van die priesters was de pastoor van Weert, Janssens, een familielid van dokter Janssens.

Doopakte Joannes Michael Antonius Janssens.
_________________________________________________________________________________
Vertaling doopakte Joannes Michael Antonius Janssens
“Op 18 mei 1797 is om drie uur in de morgen in de stad geboren en op dezelfde dag gedoopt Joannes Michael Antonius, wettige zoon van de beroemde edele heer Joannes Eustachius Janssens, doctor in de geneeskunde, en de edele vrouwe Maria Margarita Truijens, hier samenwonende echtelieden, ten doop gehouden door Joannes Mathias Truijens en Joanna Gertrudis Keuten, beide hier woonachtig, welke bij afwezigheid van de vader met mij ondertekend hebben”.
_________________________________________________________________________________

Ligging woonhuis Jan Michiel Antoon Janssens aan de Uijlenmarkt. Bron: https://aezel.eu/ontdekken/geografie/minuutplans-eigendom.
Jan Michiel Antoon Janssens was niet onbemiddeld. Volgens het kadaster 1812-1844 bezat hij in 1842/1843 vijfendertig percelen grond in Weert, waaronder een tweetal woningen. Een kleine woning lag aan de Hogensteenweg en een groter huis op de hoek van de Uijlenmarkt en het Carisstraatje, in welk huis hij ook woonde. Als zijn beroep is in het kadaster rentenier vermeld.

Ligging woonhuis Jan Michiel Antoon Janssens.

Doodakte Jan Michiel Antoon Janssens.
Jan Michiel Antoon Janssens is op 4 april 1853 te Weert overleden. In de overlijdensakte is als zijn beroep “particulier” vermeld. Hij woonde bij zijn overlijden op de Oelemarkt.

Pand hoek Oelemarkt- Carisstraatje anno 2025. Foto: Wil Filott.
Op de hoek van de Oelemarkt en het Carisstraatje staat thans een fraai pand. In een gedeelte daarvan is café `t Kruuënke gevestigd.
Weduwe Theresia Hendrina Wilkin
De weduwe van Jan Michiel Antoon Janssens, Theresia Hendrina Wilkin, rentenierster, is op 14 september 1857 te Baexem in voor haar tweede huwelijk getrouwd met Michael Gerardus van Moorsel, geboren op 18 april 1799 te Veldhoven. Hij is een zoon van Adrianus Franciscus van Moorsel, geneesheer, en Johanna Theresia Rosa Baronesse van Linsingen van Birkenfeld. Het was voor Van Moorsel zijn derde huwelijk.
_______________________________________________________________________

Huwelijksakte van de heer Michael Gerardus van Moorsel en de edele vrouwe Maria Josephina Adolphina baronesse de la Marck.
Michael Gerardus van Moorsel was eerder op 1 oktober 1821 te Baexem, Verenigd Koninkrijk der Nederlanden, kerkelijk getrouwd met Maria Josephina Adolphina Baronesse de la Marck, geboren op 29 december 1796 te Baexem, republiek Frankrijk, en overleden op 23 september 1842 te Verviers, koninkrijk België. Van Moorsel woonde ten tijde van dit huwelijk in Ell.
De bruid, Maria Josephina Adolphina Baronesse de la Marck, is een dochter van Maria Philippus Alex Leo de la Marck en Maria Stephana Helena de Radzitzki de Ostrowick. Het echtpaar Van Moorsel-de la Marck heeft zes kinderen gekregen. Ook is hij griffier geweest van vredegerechten te Meerssen, Weert, Verviers en Mechelen aan de Maas. In Weert was hij ook kapitein van de schutterij.[xv]’[ixvi]
Na het overlijden van Maria Josephina Adolphina Baronesse de la Marck is Michiel Gerard van Moorsel op 4 oktober 1843 te Boorsem, Belgisch Limburg, in tweede huwelijk getrouwd met Maria Agnes de Grand Rij de Tribeaumont, geboren op 22 maart 1801 te Verviers, Frankrijk, en overleden op 27 juni 1856 te Mechelen, koninkrijk België.
_________________________________________________________________________

Ligging huis, schuur en erf van Michiel Gerard van Moorsel aan de Langstraat. Bron: https://aezel.eu/ontdekken/geografie/minuutplans-eigendom

Ligging huis, schuur en erf van Michiel Gerard van Moorsel aan de Langstraat.
Uit het kadaster 1832-1844 blijkt dat ook deze Michiel Gerard van Moorsel bemiddeld was. Hij bezat onder meer in Weert een huis met schuur en tuin aan de Langstraat. Als zijn beroep is in het kadaster griffier en als woonplaats Verviers vermeld. Op deze plaats in de Langstraat staat thans de schoenenwinkel Munnichs.
Michiel Gerard van Moorsel is onder meer gemeentesecretaris van Hunsel en van 1825 tot 1831 burgemeester van Baexem geweest. Ook is hij griffier van vredegerechten geweest te Meerssen, Weert, Verviers, Deinze en Mechelen aan de Maas. In Weert was hij ook kapitein van de schutterij van de schutterij.[xvii]´[xviii]´[xix]
Bij koninklijk besluit van 29 februari 1840 werd hij tot griffier van het vredegerecht te Deinze benoemd.[xx] In 1854 was hij griffier van het vredegerecht te Mechelen (aan-de -Maas).[xxi] Bij koninklijk besluit van 14 maart 1857 kreeg hij als gepensioneerd griffier van het vredegerecht van Mechelen verlof om zich in Baexem in het hertogdom Limburg (Nederland) te vestigen met behoud van zijn burgerlijk pensioen.[xxii] Enkele maanden later is hij, zoals we gezien hebben, in Baexem getrouwd met Theresia Hendrina Wilkin. Hij is op 13 april 1876 begraven te Stokkem. Als zijn beroep is daarbij gepensioneerd griffier te Lanklaar vermeld.
____________________________________________________________________________

Kasteel Baexem. Funda 2019.
Dat het huwelijk van Michiel Gerardus van Moorsel met Maria Josephina Adolphina Baronesse

Advertentie Bouwhoeven.
de la Marck de Van Moorsels geen windeieren had gelegd, blijkt uit een advertentie in De Maasbode van 9 mei 1875. Daarin wordt aangekondigd dat ten verzoeke van de Adellijke Familie de La Marck en de familie Van Moorsel het kasteel De la Marck te Baexem, drie bij het kasteel gelegen bouwhoeven, een huis en een perceel boomgewas, in totaal bijna 60 hectaren, publiek worden verkocht.
____________________________________________________________________________
Resumé
Zoals we gezien hebben is het verblijf van de familie Wilkin in Weert slechts van betrekkelijk korte duur geweest. Alleen dochter Theresia Hendrina/Thérèse Henriëtte Wilkin is door haar huwelijk met Jan Michiel Antoon Janssens langer in Weert gebleven, in ieder geval tot diens overlijden in 1853 en mogelijk tot haar huwelijk in 1857 met Michiel Gerardus van Moorsel. Waar en wanneer Thérèse Henriëtte Wilkin is overleden heb ik helaas niet kunnen achterhalen.
Bronvermeldingen
[i] Knevelarij is het vorderen, ontvangen of achterhouden van geld door een ambtenaar geld, terwijl hij weet dat het niet verschuldigd is.
[ii] Al in de bijbel wordt melding gemaakt van deze functie in de parabel van de tollenaar en de farizeeër, Lucas 16:9-14.
[iii] De door mij geraadpleegde documenten zijn in het Latijn, Frans en Nederlands. Ik vermeld de voornamen meestal zoals die in het desbetreffende document staan.
[iv] In de geboorteakte van Thérèse Henriëtte Wilkin is als beroep van vader Nicolas Wilkin “employé au bureau de l` enregistrement” (ambtenaar bij de registratiedienst) vermeld.
[v] Pierre Nicolas Wilkin is op 14 maart 1859 te Maaseik overleden. Hij was, evenals zijn vader, “employé des douanes”.
[vi] Marie Lambertine Wilkin is op 19 november 1828 te Luik getrouwd met Jean Pierre Servais Pieters, poelier, rue St-Remi. Marie Lambertine was toen zonder beroep en woonde in de rue Basse-Sauvenière. Marie Lambertine Wilkin is in 1858 overleden.
[vii] In het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden bleef na de Franse tijd de Code Civil (Code Napoleon) gedurende een behoorlijktijd nog van kracht. In Hoofdstuk II, artikel 55 was het volgende bepaald: “Les déclarations de naissance seront faite , dans les trois jours de l`accouchement, à l`officier de l`état civil du lieu: l`enfant lui sera présenté.” Vertaling: De geboorteaangiftes zullen gedaan worden, binnen drie dagen na de bevalling, bij de ambtenaar van de burgerlijke stand van de plaats: het kind zal aan hem getoond worden.
[viii] Jean Janssen woonde waarschijnlijk in het een na laatste huis van de Hoogstraat voor de Oelemarkt met bijgebouw aan de Schoolstraat. In het kadaster 1811-1832 staat Pieter Janssen, zadelmaker, de vader van Jean Janssen, als eigenaar van dat perceel vermeld.
[xi] Waarschijnlijk werkte Jozef in de kousenfabriek van zijn zwager Jan Michiel Antoon Janssens.
[x] Het Morgat of Morregat was een straat, die van de Beekstraat naar de Kasteelsingel liep.
[xi] Bij vonnis van het Hof van Assisen te Maastricht werd hij op 26 juni 1823 tot twee jaar gevangenisstraf en vijftig guldens boete veroordeeld.
[xii] België had zich eind 1830 onafhankelijk verklaard van het Verenigd Koninkrijk der Nederlanden.
[xiii] Sinds 1838 had volgens het Burgerlijk Wetboek zowel bruid als bruidegom tot hun 30ste jaar toestemming van de ouders nodig om te mogen trouwen. Dat toestemmingsvereiste is pas in 1970 versoepeld.
[xiv] De Moolenstraat liep van de Markt naar de Molenpoort. Deze straat is sinds de jaren zeventig van de vorige eeuw grotendeels “opgeslokt ”door de Muntpassage.
[xv] https://historischcentrumlimburg.nl/bronnen/archieven/archieven-maastricht?mivast=1540&mizig=210&miadt=38&miview=inv2&milang=nl&mizk_alle=van%20moorsel&micode=16.0771#inv3t1
[xvi] Mogelijk was Michael Gerardus van Moorsel kapitein van een zogenaamde rustende schutterij. Na de Napoleontische tijd werden in de Nederlanden van overheidswege schutterijen opgericht met als taak het handhaven van orde en rust. Deze schutterijen moeten niet verward worden met de historische, thans nog bestaande schutterijen. Bij deze nieuwe schutterijen werd onderscheid gemaakt tussen dienstdoende en rustende schutterijen. Dienstdoende schutterijen hielden regelmatig exercitie- en schietoefeningen. Schutters van rustende schutterijen werden alleen ingeschreven in een register maar oefenden niet. Deze schutterijen werden begin 20ste eeuw opgeheven.
[xvii] https://historischcentrumlimburg.nl/bronnen/archieven/archieven-maastricht?mivast=1540&mizig=210&miadt=38&miview=inv2&milang=nl&mizk_alle=van%20moorsel&micode=16.0771#inv3t1
[xviii] Mogelijk was Michael Gerardus van Moorsel kapitein van een zogenaamde rustende schutterij. Na de Napoleontische tijd werden in de Nederlanden van overheidswege schutterijen opgericht met als taak het handhaven van orde en rust. Deze schutterijen moeten niet verward worden met de historische, thans nog bestaande schutterijen. Bij deze nieuwe schutterijen werd onderscheid gemaakt tussen dienstdoende en rustende schutterijen. Dienstdoende schutterijen hielden regelmatig exercitie- en schietoefeningen. Schutters van rustende schutterijen werden alleen ingeschreven in een register maar oefenden niet. Deze schutterijen werden begin 20ste eeuw opgeheven.
[xix] https://historischcentrumlimburg.nl/bronnen/archieven/archieven-maastricht?mivast=1540&mizig=210&miadt=38&miview=inv2&milang=nl&mizk_alle=van%20moorsel&micode=16.0771#inv3t1
[xx] Journal de Limbourg, 5 maart 1840.
[xxi] L` Indépendance Belge, 19 februari 1854.
[xxii] Journal de Bruxelles, 18 maart 1857.